Leerdoelen
Aan het eind van het 4e leerjaar ga jij examen doen op het vmbo.
Vmbo staat voor 'Voorbereidend Middelbaar BeroepsOnderwijs'.
Je leert dus richting het Middelbaar Beroepsonderwijs (mbo) en een beroep.
In heel Nederland zijn de exameneisen (of: 'eindtermen') hetzelfde.
Ook de eisen voor de sectie 'Zorg en Welzijn breed' op het vmbo.
Elke vervolgopleiding weet dus hoe zij kunnen aansluiten op jouw kennis en vaardigheden.
En zo weet jij wat jouw diploma straks waard is!
Vmbo staat voor 'Voorbereidend Middelbaar BeroepsOnderwijs'.
Je leert dus richting het Middelbaar Beroepsonderwijs (mbo) en een beroep.
In heel Nederland zijn de exameneisen (of: 'eindtermen') hetzelfde.
Ook de eisen voor de sectie 'Zorg en Welzijn breed' op het vmbo.
Elke vervolgopleiding weet dus hoe zij kunnen aansluiten op jouw kennis en vaardigheden.
En zo weet jij wat jouw diploma straks waard is!
Deze eisen staan beschreven op de site www.examenblad.nl.
Het vmbo is onderverdeeld in:
Lessen over voeding krijg je bij Biologie en bij Voedingsverzorging.
Dit laatste vak zijn de kooklessen en de aanvullende opdrachten hierbij op deze site.
Voedingsverzorging komt terug op het examen vmbo BB en KB.
De eisen zijn beschreven als leerdoelen.
Het vmbo is onderverdeeld in:
- Basis Beroepsgerichte leerweg (BB)
- Kader Beroepsgerichte leerweg (KB)
- Theoretische-, of Gemengde leerweg (TL of GL)
Lessen over voeding krijg je bij Biologie en bij Voedingsverzorging.
Dit laatste vak zijn de kooklessen en de aanvullende opdrachten hierbij op deze site.
Voedingsverzorging komt terug op het examen vmbo BB en KB.
De eisen zijn beschreven als leerdoelen.
Voedingsverzorging BASIS / KADER (syllabus zorg en welzijn breed 2013)
Bron: www.examenblad.nl
De kandidaat kan:
1 hulpmiddelen hanteren om tot een verantwoorde voeding te komen
2 voedings- en genotmiddelen beoordelen en gebruiken bij de bereiding van gerechten en maaltijden
3 de betekenis van voeding omschrijven
4 kenmerken van een verantwoord voedingsgedrag noemen rekening houdend met leeftijd en gezondheid
5 voorbeelden geven waaruit blijkt dat er een relatie bestaat tussen welvaart, voedingsgedrag en gezondheid
6 voedingsstoffen omschrijven: belang, behoud tijdens bewaren en bereiden en aangeven waarin ze voorkomen
7 omschrijven hoe het bederf van voedingsmiddelen tegengegaan of voorkomen kan worden
8 de basisprincipes van vegetarisme en multiculturele voedingsgewoonten benoemen
Bron: www.examenblad.nl
De kandidaat kan:
1 hulpmiddelen hanteren om tot een verantwoorde voeding te komen
2 voedings- en genotmiddelen beoordelen en gebruiken bij de bereiding van gerechten en maaltijden
3 de betekenis van voeding omschrijven
4 kenmerken van een verantwoord voedingsgedrag noemen rekening houdend met leeftijd en gezondheid
5 voorbeelden geven waaruit blijkt dat er een relatie bestaat tussen welvaart, voedingsgedrag en gezondheid
6 voedingsstoffen omschrijven: belang, behoud tijdens bewaren en bereiden en aangeven waarin ze voorkomen
7 omschrijven hoe het bederf van voedingsmiddelen tegengegaan of voorkomen kan worden
8 de basisprincipes van vegetarisme en multiculturele voedingsgewoonten benoemen